De kamer van Rieke
Minstens eens per maand werk ik tegenwoordig mijn cv bij en dan denk ik vanzelf terug aan alles wat er niet op vermeld staat. In mijn hoofd maak ik best vaak lijstjes met mijn kamers, mijn vriendinnen, mijn vakken. Het is samen met mijn baantjes een soort kapstok van de verloren tijd. Niet alleen voor houvast, ook gewoon om lekker te mijmeren. Vandaag zwelg ik schaamteloos in pathos en nostalgie, want het is lente en ik verhuis. Al is verhuizen een groot woord, want ik verhuis vooral mezelf. In deze kamer was het verschil tussen dag en nacht zo spreekwoordelijk. Ik ben daar gevoelig voor. Weinig ramen, het funky interieur van de bewoner, sowieso een beetje onthecht dus want het is onderhuur. Maar het is een studentenhuis in het bos, aan de rand van Zeist, en 's morgens staat soms de hele natuur voor je deur met zon en vogels en dennen en jawel, een lichte bries. Het gevoel van schoon schip, de leegte van maandagochtenden, is dan bijna ontwrichtend. Ik koppel kamers in mijn hoofd vaak aan vriendinnen, als dat even kan, en dit was zogezegd de kamer van Rieke. Het was best gek om maandenlang af en toe bij haar te zijn in deze studentenkamer, zelf ook een beetje op bezoek, met boeken die niets over mij zeggen en een poster van een vrouw aan de muur die ik zelf nooit had opgehangen. Gisteren namen we ritueel afscheid van het balkon: we vonden het net warm genoeg voor rosé en een wegwerpbarbecue, al is het maart. Studeren is een woestijn van eenzaamheid en wij waren nomaden die zoenden en vreeën en een oase bouwden op deze ontheemde plek, tussen het kale beton dat ons beschut, en in het bed van een ander mens. |
Bij Rieke denk je niet meteen aan seks. Ze is mooi, die bleke huid met blosjes, en ze heeft smaak en is alert. Ik was vereerd met haar aandacht, haar bekoring. Hoe dat dan gaat: je wandelt met elkaar, je raakt terloops een hand, je kijkt opzij, je lacht, je pakt haar vingers en kijkt weer en lacht en streelt en zoent, halfdronken van de hormonen en neurotransmitters. Voor zover ik wist, was ik verliefd op deze studente psychologie uit een andere stad, een jonge vrouw die ik nog maar een dag en een avond kende. Mijn liefde was even losgeslagen als ik, en dat moesten we blijkbaar vieren. Dat was een winter geleden. Ik breng haar naar het station en ben haar vanbinnen allang kwijt en vraag me af wanneer ik de ban eerlijk hoor te verbreken. Utrecht, 24 november 2020 |