|
1.
Zeespiegels stegen een meter of zeven Torens van kerken als zerken van hoop Nergens een Noach, een teken van leven Zondvloed na vloedgolf en alles verzoop Nergens een Noach, een teken van leven Zondvloed na vloedgolf en alles verzoop Refrein Ieder jaar volgde de lente bloeiden wij met zijn allen weer op vroeg de dood toch niet om rente brak er heel eventjes niets in de knop 2. Kolkende golven bedolven de huizen onder een donderend watergewelf Overal scheurden de dijken en sluizen zelfs de woestijnen verdwenen vanzelf Overal scheurden de dijken en sluizen zelfs de woestijnen verdwenen vanzelf Refrein Ieder jaar volgde de lente bloeiden wij met zijn allen weer op vroeg de dood toch niet om rente brak er heel eventjes niets in de knop 3. Niemand geloofde de stervende bode Laat, veel te laat, ging het laatste roer om Windmolens zongen de last post als ode aan alle mensen die wisten waarom Windmolens zongen de last post als ode aan alle mensen die wisten waarom Refrein Ieder jaar volgde de lente bloeiden wij met zijn allen weer op vroeg de dood toch niet om rente brak er heel eventjes niets in de knop 4. Wereld vol water, de winter zal wijken Want voortaan is het voor eeuwig te heet Kunstmanen zullen geen ziel meer bereiken Hier in de hel op de blauwe planeet Kunstmanen zullen geen ziel meer bereiken Hier in de hel op de blauwe planeet Refrein Ieder jaar volgde de lente bloeiden wij met zijn allen weer op vroeg de dood toch niet om rente brak er heel eventjes niets in de knop Refrein Ieder jaar volgde de lente bloeiden wij met zijn allen weer op vroeg de dood toch niet om rente brak er heel eventjes niets in de knop |
|